Brussel
's-Hertogenbosch
Lisboa
Künstlerhaus Mousonturm Frankfurt
Frankfurt am Main
Brugge
Twee mannen en een vrouw zonnen en baden op het strand in Zuid-Europa. Gewone mensen op vakantie, levend in de cocon van de Club Med-oorden. Ze verleiden elkaar, sturen postkaartjes met de gekende clichés en drinken cocktails tot diep in de nacht. Een kater vormt de aanleiding voor een kleine existentiële crisis, die alleen maar wordt beantwoord met polonaises en méér cocktails.
Het libretto, in de kenmerkende stijl van Dimitri Verhulst wordt in BOSCH BEACH op scène gebracht door LOD-componist Vasco Mendonça en regisseur Kris Verdonck, die zich hiermee aan zijn eerste opera waagt.
Naar aanleiding van de 500ste sterfdag van Jheronimus Bosch nemen zij het idee van de hel op aarde als uitgangspunt, om door de ogen van Bosch naar onze huidige wereld te kijken. Hoe ziet de hel er vandaag uit? Welke plek is vandaag het ‘Valse Paradijs’, een verdoken hel op aarde? Zonnebaden op het prachtige strand van Lampedusa terwijl de vluchtelingen aanspoelen; het lijkt heel dicht in de buurt te komen.
In Bosch Beach spelen Verhulst, Verdonck & Mendonça met de ambiguïteit van deze plek en de onmogelijke schuldvragen die ze met zich meebrengt. Geconfronteerd met de vluchtelingenstromen is er een sterk moreel appel naar verantwoordelijkheid. Gaat onze levensstijl niet ten koste van de levenskwaliteit en stabiliteit op andere continenten? En als dat zo is, kunnen en moeten we ons daar als individu verantwoordelijk voelen? En hoe zouden we dan daarnaar moeten handelen? De werkelijkheid knaagt, hoezeer we ze trachten te ontwijken. Vervreemdende elementen, drie mascottes, een opblaasbare kiosk en brandend licht, doorprikken de ontspanning. In Bosch Beach vloeien het valse paradijs van de resorts en de Bosche hel op aarde naadloos in elkaar.
Bosch in de 21ste eeuw
Hiëronymus Bosch is één van de meest mysterieuze schilders uit de kunstgeschiedenis van de Nederlanden. Naar aanleiding van de 500ste sterfdag van Bosch brengt LOD componist Vasco Mendonça, schrijver Dimitri Verhulst en regisseur Kris Verdonck samen om een muziektheaterproductie te maken gebaseerd op het werk van de schilder. Zijn werk staat bekend voor de vreemde wezentjes in bizarre omgevingen. Veelal wrede taferelen zoals in de Tuin der lusten en het Laatste oordeel, brengen een streng oordeel over zonde samen met het dagelijkse leven in de tijd van Bosch. Als een strenge christen op de drempel van het humanisme, zag hij overal ontucht, hebzucht, vraatzucht, domheid, geweld en ijdelheid en zo plaatste hij de hel op aarde. De personages in zijn schilderijen zijn doorboord, half opgegeten, lopen naakt tussen vuren en bevinden zich in een universum waarin vogels even groot zijn als mensen en bomen ogen hebben. Toch lijden deze figuurtjes niet – een symptoom van hun onwetendheid of van een keuze om zo te leven?
In BOSCH BEACH wordt het idee van de hel op aarde als uitgangspunt genomen om door de ogen van Bosch ook naar de huidige wereld te kijken. Hoe zou die hel er vandaag uitzien? Misschien wel zoals de Britse science-fiction auteur J. G. Ballard ze zo vaak beschreef: een wereld van petty bourgeoisie, liggend aan een zwembad, badend in de inertie van de consumptiemaatschappij en met een huisorkest op de achtergrond. In de tijd van Bosch bestond het idee van het ‘Valse Paradijs’. Mensen leven in wat op het eerste zicht ‘de beste aller werelden’ lijkt, terwijl in een ander licht dit valse paradijs niet veel verschilt van de hel op aarde. Welke plek is vandaag een vals paradijs, maar werkelijk de hel op aarde? Welke plek is een plaats waar moraal en verantwoordelijkheid een appel doen aan de mens? Verdonck kiest voor het strand in het Zuiden van Europa, een prachtig gebied, waar toeristen zonnen en baden op de witte stranden aan het azuurblauwe water. Zonnebaden aan de prachtige stranden van de Middelandse Zee, terwijl de vluchtelingen aanspoelen, dat zou de hel op aarde in de 21ste eeuw kunnen zijn.
BOSCH BEACH speelt met de ambiguïteit van deze plek en de onmogelijke schuldvragen die ze met zich meebrengt. Geconfronteerd met de vluchtelingenstroom, niet enkel in Lampedusa, maar intussen ook in Calais, Kos, Macedonië, etc. is er een sterk moreel appel. Behalve de vraag of we hen moeten opvangen is de vraag naar verantwoordelijkheid voor de situatie een stuk complexer. Zijn wij, het rijke Westen, niet verantwoordelijk voor de armoede en oorlogen in Afrika? Gaat onze levensstijl niet ten koste van de levenskwaliteit en stabiliteit op andere continenten? En als dat zo is, kunnen en moeten we ons daar als individu verantwoordelijk voor voelen? En hoe zouden we dan daarnaar moeten handelen?
Twijfel tussen polonaise en cocktails
De mannen en de vrouw in BOSCH BEACH hebben geen aandacht voor deze gruwelijke aanwezigheid. Het morele verval dat Bosch fascineerde, uit zich in Verhulsts libretto in ogenschijnlijk onschuldige misstappen. Het zijn gewone mensen op vakantie, levend in de cocon waarvoor de Club Med-vakantieoorden symbool staan. In de voor Verhulst kenmerkende volkse stijl lullen ze wat af; stoere mannenpraat over vrouwen, seks en geld. Hun grootste probleem is de Heineken, dat niet hun favoriete bier is. Ze verleiden elkaar, sturen postkaartjes met de gekende clichés, en drinken cocktails tot diep in de nacht. Een kater vormt de aanleiding voor een kleine existentiële crisis, zonder verder gevolg. Polonaises en méér cocktails zijn het antwoord.
De scène vervalt doorheen de voorstelling van de oppervlakkige naar de werkelijke hel op aarde. De hallucinatie-achtige, surreële beelden van Bosch duiken hier op. De personages lijken even te twijfelen aan hun levensstijl, maar lachen uiteindelijk alles weg of zwelgen in zelfmedelijden bij het aanzien van het lijden van een ander, waar ze toch niets mee te maken hebben. Net als bij Bosch lijden ze niet, maar misschien is dat wel net het probleem. Ze worden vergezeld door het personeel van de hel/het hotel: drie wezens die zo weggelopen lijken uit het oeuvre van Bosch. Zij zijn gewend aan deze plek en doen er hun werk.
Tegelijk kunnen we ons de vraag stellen of we ons überhaupt wel schuldig kunnen voelen voor problemen in een geglobaliseerde wereld. Door de omvang van de uitdagingen en de complexiteit van de oorzaken en gevolgen is elke actie moeilijk. Ook de drie toeristen uit BOSCH BEACH slagen er niet in de psychische en emotionele diepgang te bereiken die nodig is om werkelijk de confrontatie aan te gaan. Omdat we in het Westen bovendien vooral als consument aangesproken worden en neoliberale logica steeds meer als neutraal of noodzakelijk aanvaard wordt, lijkt elke moraal veraf. In de woorden van J. G. Ballard: “We have fewer and fewer moral decisions to make, whether driving our cars or raising our children, treating our employees and ex-wives. In fact, one could live today without making any moral decisions at all …”
Muziek
De volkse taal van het libretto staat in contrast tot het medium en de techniciteit van de operastem. Dit contrast wordt bewust opgezocht, omdat ook het medium opera zelf, niet onterecht, bekend staat omwille van bourgeois geschiedenis en publiek.
Componist Vasco Mendonça zal zich tot verschillende aspecten uit het oeuvre van Bosch en de concrete situatie uit het libretto verhouden. Uit Bosch neemt hij de grillen, de hallucinaties en het donkere van de hel mee in zijn compositie. De instrumentale tussenstukken, die meer vanuit de positie van de doden in de lijkzakken spreken, zijn geïnspireerd op de huidige vluchtelingenproblematiek en het contrast met de amorele luxesituatie van de personages op scène. Mendonça zal suggestieve en sfeervolle, vaak zelfs onheilspellende muziek schrijven. Deze ziet hij als een katalysator voor het verhaal.
Mendonça integreert andere, experimentele instrumenten, die de klank van het ensemble vervormen. Deze ruis kan gelezen worden als twijfel van de protagonisten en als smet op de schoonheid.
Scenografie
Een kiosk doet dienst als bar en disco, maar kan ook vervormen door middel van opblaasbare elementen en zo een kenmerkende Bosche hallucinogene architectuur verbeelden. De zangers bevinden zich tussen bodybags, die ze ook als ligstoel kunnen gebruiken. Drie figuren in mascottepakken waren rond over de scène. Ze doen hun ‘werk’, kuisen de bodybags, leggen ze goed en entertainen de gasten. De personages dragen naaktpakken en zwemkledij. Dit is de basisopstelling waarrond de rest van scenografie evolueert.
Met behulp van het lichtontwerp en de creatie van een aantal achterdoeken zullen een prachtige ondergaande zon, een stedelijke skyline en een combinatie van de twee gesuggereerd kunnen worden, waardoor er een omgeving van een ‘brandende stad’ of zingende hitte ontstaat. Het lichtontwerp is hier van groot belang, er zal veel met tegenlicht en donkerte gewerkt worden. Ook hier wordt weer gespeeld op de ambiguïteit tussen paradijs en hel, tussen Ballard en Bosch. BOSCH BEACH brengt zo ook scenografisch twee werelden samen: het valse paradijs van de resorts (ook wel de hel op aarde volgens J.G. Ballard) en de Bosche hel op aarde, waar vuur, marteling, naakte en vervormde lichamen, levende objecten en onwerkelijke constructies (de kiosk) het podium vullen. Het verloop in de scenografie is stapsgewijze overgang van de ene wereld, naar de andere en weer terug.
Kristof Van Baarle, december 2015
"Dimitri Verhulsts vuilbekkende libretto clasht bevreemdend met de sublieme zanglijnen." - De Standaard
"Heineken, kutjes en memmen: met Bosch Beach voegt Dimitri Verhulst venijnig volkse woorden toe aan het operarepertoire."- Knack Focus
"Dansen op de vulkaan, zo heet het als mensen de dreiging uit de buitenwereld negeren om ongestoord door te kunnen gaan met een comfortabel leven. Het is van alle tijden maar in Bosch Beach wordt het dilemma nog eens duidelijk neergezet én op een manier die de voorstelling tot een bijzondere belevenis maakt." - VRT Omroep Brabant
"Kris Verdoncks eerste opera is meedogenloos en expliciet." - De Standaard
"Muzikaal was Bosch Beach van topniveau: het Asko/Schönberg-ensemble, onder leiding van Etienne Siebens, bevestigde zijn reputatie als Nederlands topensemble voor nieuwe muziek, dat zich neerzet in de vorm van Mendoça’s duistere, ingetogen en vaak smartelijke toon. De stemmen van de drie acteurs waren ronduit briljant. De extreem heldere en slanke contratenor Rodrigo Ferreira, de zachte en rustig gerekte frasering van de sopraan Marion Tassou en de markante maar toch steeds lichte bariton van Damien Pass waren grandioos." - Frankfurter Rundschau
Regie: Kris Verdonck
Dramaturgie: Kristof Van Baarle
Muziek: Vasco Mendonça
Libretto: Dimitri Verhulst gebaseerd op De Zeven Hoofdzonden van Jheronimus Bosch
Dirigent: Etienne Siebens
Zang: Marion Tassou (sopraan), Rodrigo Ferreira (contratenor), Damien Pass (bariton)
Orkest: Asko|Schönberg: (1 fluit (dubbel alto fluit, basfluit, piccolo) 2 klarinetten (beiden basklarinet) 2 trompetten (beiden flugelhorn) 1 trombone 1 percussionist 2 violen 2 altviolen 2 cellos 1 contrabas)
Figurant: Robbe Peeters, Simon Van Schuylenbergh, Astrid De Haes, Freek De Craecker
Kopiist: Wim Hoogewerf
Choreograaf: Marc Iglesias
Repititor piano: Lies Colman
Kostuums: Eefje Wijnings, Andrea Kränzlin
Decor: Kris Verdonck, Eefje Wijnings
Uitvoering decor: A Two Dogs Company
Lichtontwerp: Jan Van Gijsel
Technische coördinatie: Jan Van Gijsel, Nic Roseeuw
Techniek: Bram De Cock, Diederik Suykens, Jan Van Gijsel, Chris Vanneste
Productie: LOD muziektheater
Productieleiding: Isabel Vermeulen
Coproductie: A Two Dogs Company, Jheronimus Bosch 500 Foundation, Kaaitheater, Teatro Maria Matos, House on Fire, Asko|Schönberg, Concertgebouw Brugge, Fundaçao Calouste Gulbenkian, Theater Mousonturm Frankfurt
In samenwerking met: Vlaanderen en Nederland gastland 2016 Frankfurter Buchmesse
Met steun van: Eduard Van Beinum Stichting, Vlaamse Overheid & Vlaamse Gemeenschapscommissie
A House on Fire co-production; with the support of the Culture Programme of the European Union